Leerplandoelen: |
Deelleerplan: muzische
opvoeding - muzisch taalgebruik, net: VVKBaO
13 Erop gericht zijn muzische expressiemogelijkheden te exploreren en ermee te experimenteren - Boodschappen en teksten integreren in manuele, muzikale, lichamelijke en dramatische expressie (Le.3.2.1 en 3.2.2) 15 Voorstellingsvermogen, fantasie of verbeelding durven aanspreken - Spreken over voorstellingen en situaties uit de fantasie (S.1.9) - Materiaal verzamelen: putten uit gevoelsleven, ervaring en beleving, fantaseren, associëren (Schr.2.2.1) 19 Genoegen beleven aan muzisch bezig zijn - Een kind beleeft plezier in de omgang et mondelinge taal en in talige expressie Deelleerplan: muzische opvoeding - drama, net: VVKBaO 1 Kinderen kunnen de wijze waarop een dramatisch spel tot stand komt, herkennen en beschouwen Dat houdt in dat ze: 1.6 vaststellen dat vragen als ‘wie, wat, waarom, hoe, wanneer en waar?’ hen op het spoor brengen van de wezenlijke aspecten van dramatisch spel. 5 Kinderen maken gebruik van dramatisch spel om eigen beleving, ervaringen, gedachten en gevoelens in handelingen te verwerken Dat houdt in dat ze: 5.2 bij de voorbereiding en de uitvoering van het spel, hun fantasie en voorstellingsvermogen activeren 6 Kinderen leven zich in een ding, een idee, een personage, een gebeurtenis of omstandigheid in Dat houdt in dat ze: 6.1 zich inleven in een ding, een idee, een personage, een gebeurtenis of een omstandigheid uit de werkelijkheid of uit een verteld of voorgelezen verhaal en dat al spelend vorm geven 10 Kinderen ontwikkelen een kritische houding Dat houdt in dat ze: 10.1 het dramatisch spel van leeftijdgenoten opbouwend-kritisch en tactvol bespreken |